Inzetten op eigen regie belangrijk

De leefstijlaanpak is een van de belangrijkste middelen die er zijn om een blijvend verschil te maken. Dat zei Emma Coles, directeur data en zorgrelaties bij Voeding Leeft tijdens de “Arts en Leefstijl Week: Leefstijl werkt!”, het jaarlijkse hybride congres van Arts en Leefstijl dat van 13 tot en met 17 maart werd gehouden. Binnen Voeding Leeft draaien verschillende leefstijlprogramma’s waarvan “Keer diabetes2 om” wel het bekendste voorbeeld is. Coles: ‘Door behalve op voeding, bewegen en ontspannen ook in te zetten op eigen regie, worden er goede resultaten geboekt.’ Dat eigen regie heel belangrijk is, blijkt ook uit een aantal andere presentaties tijdens dit congres.

Voorlichting geven alleen werkt niet

Tijdens de congresweek waren er 4 avonden online presentaties door een keur aan sprekers en 1 dag een hybride congresdag. Alles met als thema gezonde leefstijl voor iedereen: van jong tot oud en van gezond tot ziek. Zo sprak prof. dr. ir. Jaap Seidell, hoogleraar Voeding en Gezondheid aan Vrije Universiteit Amsterdam, zijn zorgen uit over de ongezonde voedselomgeving waarin kinderen in ons land opgroeien. ‘Een kwart van de kinderen in Nederland is te zwaar en de cijfers verbeteren niet de laatste jaren. En dat is een uiting van een onderliggend probleem: een veranderd voedselaanbod en stilzitten.’ Het grootste deel van producten speciaal voor kinderen zijn ongezond en onverantwoord en die worden via kindermarketing door influencers actief onder de aandacht gebracht van kinderen. De digitale voedselomgeving is volgens Seidell sluipenderwijs heel dominant aan het worden. Kinderen gezond leren eten is daarom volgens hem een lastige taak voor ouders. Vooral als er bij de ouders weinig kennis is, ze weinig vaardigheden hebben en tijd en geld een rol spelen. ‘Voorlichting geven alleen werkt niet’, aldus Seidell. ‘Kinderen moeten meer in verbinding worden gebracht met gezond voedsel.’ Seidell haalde verschillend projecten aan zoals de Baby Groente Tas waaruit blijkt dat kinderen echt wel groenten eten. ‘En waarom lukt het in andere landen wel om kinderen op school een gezonde maaltijd voor te schotelen en in ons land niet? Dan kan je kinderen opvoeden met meer groenten, meer vezels en minder suikers. Het goede voorbeeld geven werkt, net zoals projecten waarin kinderen bezig zijn met een moestuin en het zelf leren bereiden van voedsel.’

Leefstijlinterventie voor laaggeletterden

Een interventie gericht op eigen regie van volwassenen is “Voel je goed!?”, een project voor laaggeletterden. ‘Van de Nederlanders die 16 jaar of ouder zijn, is 18 procent laaggeletterd. Dat is 1 op de 6 mensen. Laaggeletterdheid komt dus veel voor en is een risico voor de gezondheid.’ Dat zei drs. Marieke Wiebing, senior adviseur Taal en Gezondheid bij Stichting Lezen en Schrijven. Daarnaast is ze, voor diezelfde stichting, landelijke projectleider “Voel je goed!?”. Bij laaggeletterdheid is het krijgen en begrijpen van informatie over gezonde voeding vaak een opgave. Laat staan dat laaggeletterden deze informatie kunnen beoordelen en toepassen in hun dagelijkse leven. Wiebing: ‘Laaggeletterden hebben moeite met taal en/of rekenen. Het is een fabel dat ze niet kunnen lezen, schrijven of rekenen. Ze kunnen het wel, maar hebben er moeite mee. Dat is misschien ook wel de reden dat laaggeletterden volgens coaches vaker uitvallen bij cursussen. Dit signaal is onlangs gestaafd door Pharos. Een klein onderzoek bevestigt dat de 4 Gecombineerde Leefstijlinterventies (GLI’s) die in 2022 vergoed werden, niet voldoende passen bij laaggeletterden.’

Aanpak is succesvol

Enkele jaren geleden is “Voel je goed!?” ontwikkeld. Volgens Wiebing is het een soort pré GLI voor laaggeletterden. ‘We verpakken de taalles in de gezondheidsles. “Voel je goed!?” is een combinatie van eet- en beweegadviezen van een diëtist en groepslessen gezondheids- en basisvaardigheden als taalvaardigheid van een getrainde vrijwilliger. De getrainde vrijwilliger geeft in een half jaar 20 wekelijkse lessen. Tijdens die lessen worden dingen besproken als motivatie, doelen, sociale steun, een verleidelijke eetomgeving en beweegoefeningen. Parallel hieraan lopen de consulten bij de diëtist. De diëtist gaat ook 1 keer met de groep naar de supermarkt. Na die 20 weken hebben we met iedere deelnemer een eindgesprek en kijken we wat de deelnemer na “Voel je goed!?” wil.’ Deelnemers kunnen bijvoorbeeld doorstromen naar een GLI of kiezen voor een persoonlijke begeleiding door een leefstijlcoach, diëtist of gewichtsconsulent. Dat deze aanpak werkt, blijkt onder andere uit 2 onderzoeken die uitgevoerd zijn. Deelnemers zijn gemiddeld 2,8 kg afgevallen, hebben een lagere BMI (-1,1 kg/m2), hebben een kleinere tailleomvang (-3,6 cm), ervaren een betere gezondheid, eten meer fruit, ervaren betere gezondheidsvaardigheden en ervaren dat ze beter kunnen opschrijven wat ze bedoelen. De aanpak is al actief in ruim 40 gemeenten. In die gemeenten krijgen leefstijlcoaches een training in het herkennen en bespreken van laaggeletterdheid met hun cliënten.

Gepubliceerd op 24 maart 2023

Door Christel Vondermans

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.