WHO berekent kosten fysieke inactiviteit

Wereldwijd ontwikkelen bijna 500 miljoen mensen tussen 2020 en 2030 hartaandoeningen, obesitas, diabetes of een andere niet-overdraagbare aandoening als gevolg van fysieke inactiviteit. Dit kost jaarlijks zo’n 27 miljard Amerikaanse dollar ofwel 27,4 miljard euro. Dat berekende de World Health Organization in een nieuw rapport.

Cijfers over (in)activiteit

In het rapport berekent de WHO in hoeverre overheden hun inwoners van alle leeftijden stimuleren om voldoende te bewegen. Uit data van 194 landen blijkt dat minder dan de helft van de landen een nationaal beleid heeft op fysieke activiteit. In 40 procent van deze landen wordt dat beleid niet actief uitgevoerd. Slechts 30 procent van alle landen heeft beweegrichtlijnen voor alle leeftijdsgroepen. Driekwart van de landen meet de activiteit van adolescenten en minder dan 30 procent meet de fysieke activiteit van kinderen onder de 5 jaar. Ook de infrastructuur laat te wensen over; in iets meer dan 40 procent van de landen zijn wegen in geschikte gebieden zo aangelegd dat fietsen en wandelen veiliger is dan met de auto.

Verandering gaat te langzaam

Het beleid op het gebied van fysieke activiteit verandert volgens de WHO erg langzaam. Dit zal echt moeten versnellen om ziekten en ziektelast op de toch al overvraagde gezondheidszorg te voorkomen. Een van de beste manieren om mensen te motiveren meer te bewegen is volgens de WHO om een landelijke campagne op te zetten of om een landelijk beweegevenement te organiseren. Iets meer dan de helft van de landen heeft dit de afgelopen 2 jaar gedaan.

Meer actie nodig

‘Meer landen moeten actie ondernemen om mensen te helpen actiever te zijn door meer te wandelen, fietsen, sporten of andere vormen van beweging’, zegt Tedros Adhanom Ghebreyesus, directeur-generaal van de WHO. ‘De voordelen zijn enorm, niet alleen voor de fysieke en mentale gezondheid, maar ook voor de gemeenschap, omgeving en economie. We hopen dat landen dit rapport zullen gebruiken om een actievere, gezondere en meer eerlijke samenleving te creëren voor iedereen.’

Bron: WHO