RIVM waarschuwt voor gebruik sint-janskruid

Het gebruik van sint-janskruid kan schadelijk zijn voor de gezondheid. Voor iedereen is het belangrijk om voorzichtig te zijn met het gebruik van voedingssupplementen en thee met dit kruid erin. Mensen die medicijnen gebruiken moeten helemaal geen sint-janskruid gebruiken. Dat concludeert het RIVM na onderzoek in opdracht van het ministerie van VWS.

Wisselwerking met medicijnen

Mensen gebruiken sint-janskruid om beter te kunnen slapen en als natuurlijk antidepressivum. Maar het gebruik ervan kan ernstige problemen opleveren in combinatie met medicijnen. Het kruid kan de werking van chemotherapie bijvoorbeeld verminderen, evenals van medicatie tegen virus- en schimmelinfecties. Het kan de werking van andere geneesmiddelen juist versterken, zoals kalmeringsmiddelen en antidepressiva. Hoeveel mensen sint-janskruid gebruiken is niet bekend.

Negatieve effecten zonder medicijnen

Ook zonder de combinatie met geneesmiddelen kan sint-janskruid een negatief effect hebben op de gezondheid. Er kunnen klachten ontstaan als duizeligheid en diarree of mentale klachten als angst. Bij blootstelling van de huid aan de zon kan er na het gebruik van sint-janskruid eerder zonnebrand optreden. Er is nog weinig bekend over de langetermijneffecten van gebruik van het kruid. Ook is nog niet duidelijk of het veilig is om het tijdens de zwangerschap te gebruiken. Bovendien blijkt de samenstelling van de kruidenpreparaten sterk te verschillen, waardoor de effecten van een product moeilijk zijn in te schatten.

Waarschuwen is niet voldoende

De mogelijke negatieve effecten van sint-janskruid zijn niet nieuw. Al eerder waarschuwde het ministerie van VWS voor het gebruik ervan. Ook apothekers trokken al aan de bel over de combinatie van sint-janskruid in combinatie met medicijnen. Nu komt het RIVM met deze officiële waarschuwing naar aanleiding van de risicobeoordeling. Bovendien raadt het RIVM het ministerie aan om regelgeving over het gebruik van sint-janskruid in kruidenpreparaten op te stellen en te overwegen om het aan dezelfde normen van veiligheid, effectiviteit en kwaliteit te laten voldoen als medicijnen.

Bron: RIVM