Preventieve tandextracties niet altijd nodig bij hoofd-halskanker
Om botinfectie door radiotherapie te voorkomen, worden tanden en kiezen van patiënten met hoofd-halskanker vaak preventief getrokken. Dit geeft risico op complicaties als ongewenst gewichtsverlies. Uit onderzoek van Maastricht UMC+ blijkt dat 74 procent van die tanden en kiezen achteraf gezien niet verwijderd had hoeven worden.
Preventief verwijderen
Hoofd-halskanker is een overkoepelende term voor diverse kankervormen zoals keel-, mond-, tong- en speekselklierkanker. Patiënten met hoofd-halskanker krijgen radiotherapie die vaak ook de tanden en kaak beschadigt. Daardoor kan botinfectie ontstaan, een zware complicatie die extra behandeling vraagt. Om de kans op infectie te verkleinen, krijgen patiënten na de diagnose vaak het advies preventief tanden en kiezen te laten verwijderen. Doke Buurman is tandarts-maxillofaciaal prothetist in het Maastricht UMC+ en gespecialiseerd in het herstellen van mond- en kaakafwijkingen. Ze onderzocht de effectiviteit van tandextracties en de gevolgen daarvan voor patiënten met hoofd-halskanker en promoveerde 6 december op dit onderzoek.
Risico voor gewichtsverlies
Om na een kankerdiagnose ook nog tanden en kiezen te moeten laten verwijderen is in emotioneel opzicht al intensief voor patiënten. Ook zijn er negatieve gevolgen voor de behandeling: veel patiënten ervaren verminderde kauw- en slikmogelijkheden na verwijdering van tanden en kiezen. Buurman analyseerde de gegevens van 77 patiënten met keelkanker, die radiotherapie met chemokuren of met immunotherapie ontvingen. Uit de analyse blijkt dat tanden en kiezen verwijderen een risicofactor is voor gewichtsverlies, wat de behandeling van kanker nadelig beïnvloedt.
Wel of niet zinvol verwijderen
Starten met verwijderen van tanden en kiezen gebeurt vaak onder hoge tijdsdruk. Na de diagnose is het streven zo snel mogelijk met radiotherapie te starten. ‘De wonden door verwijdering moeten in 10 tot 14 dagen herstellen’, licht Buurman toe. ‘De tandarts moet dan dus razendsnel beslissen welke tanden of kiezen verwijderd worden en moet daarvoor weten wat de bestralingsdosis wordt. Op basis daarvan kunnen we het risico op botinfectie inschatten. Maar omdat het precieze bestralingsplan dan vaak nog niet gereed is én er wel grote haast is, maken we een inschatting. Geen ideale situatie.’ Om meer inzicht te krijgen in het wel of niet zinvol verwijderen van tanden en kiezen, analyseerde Buurman een groep van 358 voormalige patiënten. Op basis van de uiteindelijke stralingsdosis van de behandeling concludeert ze dat bij hen achteraf gezien in totaal 1274 van de 1759 kiezen en tanden (74 procent) overbodig zijn verwijderd.
Dilemma
In haar conclusie pleit Buurman voor een meer gerichte benadering bij het preventief verwijderen van tanden en kiezen. Ze erkent het dilemma en roept op tot verder wetenschappelijk onderzoek. ‘Dit onderzoek moet leiden tot betere richtlijnen waarmee we beter kunnen kiezen welke tanden en kiezen wel of niet verwijderd moeten worden.’
Bron: Maastricht UMC+
Gepubliceerd op 20 december 2023
Door Sophie Luderer