Kinderen vaker allergisch na gebruik antibiotica en maagzuurremmers

Het risico op allergieën is significant verhoogd bij kinderen die tijdens de eerste 6 levensmaanden maagzuurremmers of antibiotica hebben gekregen. Dit blijkt uit Amerikaans retrospectief cohortonderzoek onder bijna 800.000 kinderen, gepubliceerd in JAMA. Een mogelijke verklaring is de verstoring van de darmmicrobiota.

Meer voedselallergie na maagzuurremmers

Zowel voor maagzuurremmers als voor antibiotica blijkt dat gebruik in het eerste half jaar een significante stijging geeft van de prevalentie van verschillende allergische aandoeningen in de eerste 5 levensjaren. Zo gaat gebruik van maagzuurremmers gepaard met een 2 keer zo grote kans op een voedselallergie. Vooral het risico op een koemelkallergie nam toe. Hoe langer maagzuurremmers in het eerste half jaar gebruikt zijn, hoe hoger het risico op een voedselallergie. Maagzuurremmers verhogen ook het risico op onder meer medicatieallergie, anafylaxie, allergische rhinitis en astma.

Antibiotica verhogen vooral risico op astma

Na antibioticagebruik in de eerste 6 maanden was er een hogere prevalentie van onder meer astma, allergische rhinitis, anafylaxie en allergische conjunctivitis. Vooral de kans op astma is groter na antibioticagebruik: bijna 21 procent van die kinderen heeft astma. Ter vergelijking: astma komt voor bij bijna 13 procent van de kinderen die als baby geen antibiotica hebben gekregen.

Opzet studie

In het onderzoek zijn de medicatiegeschiedenis en diagnoses van 792.130 Amerikaanse kinderen verzameld, die geboren zijn in de periode 2001 tot en met 2013. De kinderen zijn na de geboorte gemiddeld 4,6 jaar gevolgd. Bijna 17 procent van deze kinderen heeft antibiotica voorgeschreven gekregen gedurende het eerste half jaar na de geboorte. Bijna 8 procent heeft in die periode H2-receptorantagonisten gekregen en bijna 2 procent protonpompremmers (maagzuurremmers). De kinderen die in de eerste 6 maanden H2-receptorantagonisten, protonpompremmers of antibiotica kregen, werden vergeleken met kinderen die dat niet kregen. De gegevens van baby’s die in het eerste halfjaar al gediagnosticeerd waren met een allergische aandoening werden niet meegenomen in het onderzoek.

Incidentie van allergieën

Bij 3,1 procent van alle kinderen in het onderzoek is in de eerste 5 levensjaren een voedselallergie vastgesteld. De top 3 van meest voorkomende voedselallergieën bestond uit pinda, koemelk en ei. De meest voorkomende andere allergie dan voedselallergie was allergische rhinitis met een incidentie van 30 procent. Astma kwam voor bij 14 procent van de kinderen, net als atopische dermatitis.

Terughoudendheid in medicatie

Maagzuurremmers en antibiotica in de eerste 6 levensmaanden vergroten dus de kans op het ontstaan van allergieën. De auteurs adviseren maagzuurremmers en antibiotica bij jonge kinderen alleen te gebruiken als er duidelijk sprake is van een klinische noodzaak.

Bron: JAMA

Gepubliceerd op 29 oktober 2018

Door Karine Hoenderdos

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.