Definitie en criteria van sarcopene obesitas

De combinatie van sarcopenie en obesitas wordt sarcopene obesitas (SO) genoemd. Tot nu toe was daar nog niet een goede definitie voor, of criteria op basis waarvan deze aandoening kan worden gediagnosticeerd. De European Society for Clinical Nutrition and Metabolism (ESPEN) en de European Association for the Study of Obesity (EASO) hebben nu universeel erkende criteria en definitie vastgesteld.

Screening van SO

Sarcopene obesitas wordt gedefinieerd als het naast elkaar bestaan van obesitas en sarcopenie (het verlies van spiermassa en/of spierfunctie). Mensen met een verdenking van sarcopene obesitas worden eerst gescreend op: (1) een verhoogde BMI of middelomtrek en (2) indicatoren van sarcopenie, zoals klinische symptomen, risicofactoren of een gevalideerde vragenlijst die sarcopenie bevestigt (zoals de SARC-F voor ouderen). Deze moeten beide aanwezig zijn om verder te gaan met het diagnostische proces.

Diagnostiek

De diagnostiek vindt plaats in 2 stappen. Eerst wordt getest of er veranderde kracht van de skeletspieren aanwezig is. Dit wordt getest via de knijpkracht, kniestrekkracht of een zit-sta-test, en uitkomsten worden vergeleken met de afkapwaarden. Als deze test aanwijzingen geeft voor SO, dan wordt gekeken naar lichaamssamenstelling: is er een toename in vetmassa en een vermindering van de spiermassa? Dit wordt gemeten met dualenergy x-ray absorptiometrie (DXA) of bio-elektrische impedantieanalyse (BIA) en vergeleken met de afkapwaarden. Eventueel kunnen deze waarden ook op een CT-scan worden gemeten, als er toch een CT-scan wordt gemaakt. Om SO vast te stellen moet er zowel een toename in vetmassa als een afname in spiermassa te zien zijn.

Vaststellen van de ernst

Tot slot kan dan de ernst van de aandoening vastgesteld worden. Bij klasse I zijn er geen complicaties. Bij klasse II is er minimaal 1 complicatie die toe te schrijven is aan de veranderde lichaamssamenstelling en de spierparameters, zoals metabole aandoeningen, cardiovasculaire of respiratoire aandoeningen of beperkingen door de afname in spiermassa.

Bronnen: Clinical Nutrition en Voedingenbeweging