Nieuwe factsheet over afvallen van het Voedingscentrum

Het voedingscentrum heeft een nieuwe factsheet uitgebracht over afvallen door aanpassing van voeding en beweging. Deze factsheet focust op het gedragsmatige proces rondom leefstijlverandering. Ook geeft het Voedingscentrum adviezen over welke patiënten naar welke zorgverlener kunnen worden doorverwezen voor begeleiding bij afvallen.

Stages of Change Model

In de factsheet worden de adviezen van het Voedingscentrum gekoppeld aan het gedragsmatige proces dat volwassenen doorlopen tijdens het afvallen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het “Transtheoretical Model of Change” (TTM), ook wel bekend als het “Stages of Change Model”. Per fase bespreekt het Voedingscentrum hoe professionals hier goed op kunnen inspelen. Zo schrijft het Voedingscentrum bij fase 2 (overweging) dat professionals vaak gezondheid en ziektepreventie als redenen aanvoeren om af te vallen, maar dat pogingen om te overtuigen kunnen leiden tot weerstand. Beter is het om iemand te laten nadenken over waarom hij of zij wil veranderen. Het vragen naar een persoonlijke reden om te veranderen doet bovendien beroep op de autonome motivatie en dat is een belangrijke factor voor langdurig gewichtsverlies.

Wanneer GLI?

Het Voedingscentrum beschrijft in de factsheet ook wanneer begeleiding bij het afvallen gewenst is. Het gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico (GGR) is daarbij een belangrijk criterium. Naast BMI zijn buikomvang en de aanwezigheid van comorbiditeiten belangrijk bij het bepalen van het GGR. Mensen kunnen worden doorverwezen naar een gecombineerde leefstijlinterventie (GLI) als er sprake is van een matig, sterk of extreem verhoogd GGR. Dat is het geval bij een BMI vanaf 35 of een BMI vanaf 25 in combinatie met een vergrote buikomvang en/of comorbiditeit. Mensen kunnen dan doorverwezen worden naar een (gespecialiseerde) gecombineerde leefstijlinterventie (GLI).

Wanneer andere begeleiding bij afvallen?

Bij een BMI lager dan 35 en geen vergrote buikomvang of comorbiditeit is er sprake van een licht verhoogd gezondheidsrisico en zogenoemde geïndiceerde preventie. Mensen komen dan niet in aanmerking voor een gecombineerde leefstijlinterventie (GLI), maar kunnen zelf aan de slag met hun gewicht of worden doorverwezen naar een professional voor ondersteuning daarbij. In de volgende gevallen van een licht verhoogd gezondheidsrisico adviseert het Voedingscentrum in ieder geval begeleiding bij afvallen:

  • Er zijn meerdere afvalpogingen gedaan met onvoldoende resultaat
  • Iemand is jonger dan 18 of ouder dan 70 jaar
  • Er zijn lage gezondheidsvaardigheden
  • Er zijn sociale- of gezinsfactoren die het aanleren van een gezonde leefstijl lastig maken

Leefstijlcoach, diëtist of gewichtsconsulent?

Over de keuze van de soort professional om naar door te verwijzen, schrijft het Voedingscentrum: ‘Denk bijvoorbeeld aan een gewichtsconsulent wanneer cliënten/patiënten geen medische redenen hebben om hun voeding te moeten aanpassen. Of een diëtist voor mensen met een medische aandoening waarbij voeding een rol speelt. Of een leefstijlcoach wanneer het gaat om gedragsverandering op het gebied van voeding, beweging, slaap, stress en ontspanning. En denk ook aan professionals die kunnen ondersteunen bij beweging, zoals een fysiotherapeut of een buurtsportcoach.’

Bron: Voedingscentrum

Gepubliceerd op 7 mei 2024

Door Angela Severs

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.