Beurs voor onderzoek om kinderen groenten te leren eten

Prof. Chantal Nederkoorn van de Faculty of Psychology and Neuroscience van Maastricht University krijgt een NWO Vici-beurs van 1,5 miljoen euro. De komende 5 jaar gaat zij onderzoek doen naar waarom jonge kinderen soms groente weigeren. Nederkoorn wil ontdekken welke cognitieve processen hier aan het werk zijn. Ook gaat ze onderzoeken of deze processen te beïnvloeden zijn, om zo kinderen te leren groenten lekker te vinden.

Jonge kinderen

‘Kinderen tot 1 jaar oud zijn redelijk makkelijk’, aldus Nederkoorn. ‘Ze eten bijna alles wat wordt aangeboden. Vanaf een jaar of 2-3 beginnen de problemen. Ze weigeren soms eten, ook als ze het nog nooit hebben gehad. En het is niet altijd duidelijk waarom.’ Volgens Nederkoorn is er al veel onderzoek gedaan naar de invloed van de opvoedingsstijl. Maar er is nog geen onderzoek naar wat er nu in het hoofd van het kind omgaat en hoe het kind de beslissing maakt om wel of niet te eten. Nederkoorn gaat de volgende factoren onderzoeken:

De sensorische factor

Het is alom bekend dat kinderen niet van bitter eten houden. Maar ook textuur kan een rol spelen. Champignons kunnen bijvoorbeeld als glibberig worden ervaren, wat ook reden voor afkeer kan zijn. Nederkoorn gaat onderzoeken of kinderen die gevoelig zijn voor textuur in het algemeen ook vaker eten weigeren.

De verwachtingsfactor

De verwachting van een kind is ook belangrijk, hoe het kind denkt dat het eten zal gaan smaken. Inductief redeneren betekent dat je conclusies trekt op basis van de indeling in een bepaalde categorie. Een peuter kan bijvoorbeeld denken: dat eten is rood, en hoort bij de categorie “rood eten”, net als snoep en aardbeien en het zal dus ook zoet zijn. Dan kan het tegenvallen als het in een radijsje bijt. Nederhoorn wil onderzoeken of verwachtingen gebaseerd zijn op hoe jonge kinderen eten categoriseren.

De risicofactor

Sommige kinderen hebben de aangeboren neiging om risico te nemen, anderen zijn voorzichtiger. Nederkoorn verwacht te vinden dat de kinderen die meer risico nemen, ook sneller iets onbekends zullen eten, en minder kieskeurig zijn. Kinderen die voorzichtig zijn, zouden kunnen denken dat het misschien wel vies is.

De biasfactor

Bij angst speel een bias in hoe we de wereld om ons heen waarnemen, vaak een rol. Als je bijvoorbeeld bang bent voor een hond, ga je veel meer aandacht aan honden besteden en bevestiging zoeken voor jouw angst. Deze focus op de angst, maakt je vervolgens ook weer angstiger. Nederkoorn gaat onderzoeken of dit proces hetzelfde werkt bij eten. Kinderen zien dan vooral dat anderen iets ook vies vinden en niet de mensen die iets wel lekker vinden.

Factoren veranderen

De volgende stap in het onderzoek van Nederkoorn is ontdekken of deze factoren beïnvloedbaar zijn. Nederkoorn: ‘Kunnen we bijvoorbeeld kinderen laten wennen aan de textuur van een champignon, door ze eerst met hun handen te laten voelen? Kunnen we kinderen beter de smaak laten inschatten door te denken in de categorie “groente” in plaats van “rood”? We gaan een aantal experimenten doen, om te kijken of we het gedrag kunnen beïnvloeden.’

Bron: Maastricht University

Gepubliceerd op 23 april 2021

Door Angela Severs

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.