Kwart van patiënten valt onvoldoende af na bariatrische chirurgie

Wat als een patiënt na bariatrische chirurgie niet genoeg afvalt, of als in de jaren na de operatie het gewicht weer fors toeneemt? Onderzoekers stellen dat dit probleem optreedt bij 25 tot 30 procent van de patiënten. Een multidisciplinaire aanpak is het sleutelwoord.

Non-respons

In een artikel in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde wordt het probleem van non-respons op bariatrische chirurgie besproken. Er zijn volgens de auteurs (chirurgen en arts-onderzoekers) 2 typen van non-respons. Bij primaire non-respons heeft de operatie niet het gewenste effect. Bij secundaire non-respons is er na de operatie wel gewichtsverlies, maar komt de patiënt na verloop van tijd weer sterk aan in gewicht. Secundaire non-respons is iets anders dan de gebruikelijke schommelingen in gewicht (circa 5 kilo) na een operatie.

15 procent gewichtsverlies

Er is momenteel geen consensus over wanneer een patiënt “genoeg” is afgevallen door de operatie. De auteurs van het artikel pleiten voor een afkapwaarde van 15 procent gewichtsverlies. Dit wordt berekend met de volgende formule: ((preoperatief gewicht – postoperatief gewicht)/preoperatief gewicht) x 100 procent. In de Dutch Audit voor Treatment of Obesity, een registratie van verschillende vormen van bariatrische chirurgie, wordt uitgegaan van minstens 21 procent gewichtsverlies. De auteurs stellen dat bij 5 tot 10 procent van de patiënten primaire non-respons optreedt en bij nog eens 20 procent secundaire non-respons.

Oorzaak non-respons

De oorzaak van non-respons kan liggen op 1 of meerdere terreinen. Dit zijn het niet naleven van de dieetadviezen, psychische factoren (zoals depressie of binge-eating), hormonale factoren, onvoldoende fysieke activiteit en anatomische factoren. Tot de laatste behoort bijvoorbeeld fistelvorming van de pouch of een te grote pouch na de operatie.

Multidisciplinaire behandeling

De auteurs benadrukken dat een multidisciplinaire aanpak bij non-respons essentieel is, om de oorzaak te achterhalen. Toch wordt dit in slechts 44 procent van de Nederlandse en Belgische behandelcentra toegepast. Meestal worden patiënten met non-respons behandeld met dieetadviezen, fysieke activiteit en aandacht voor hongergevoel en impulsbeheersing. Soms wordt besloten tot een heroperatie. Er is momenteel geen consensus welke heroperatie het meest effectief is. Volgens de auteurs is het de vraag welke patiënten baat hebben bij een heroperatie. Ze vinden dat een patiënt goed moet worden geïnformeerd over de risico’s en bijkomende problemen na een 2e operatie.

Gewichtstoename piekt na 10 jaar

Uit Zweeds onderzoek blijkt dat 10 jaar na de operatie de piek van de gewichtstoename wordt bereikt. In Nederland stopt de poliklinische controle echter al na 5 jaar. Daarna wordt de patiënt terugverwezen naar de huisarts. De auteurs stellen dat in de volgende 5 jaar de patiënt weer moet worden terugverwezen naar de bariatrische kliniek als er sprake is van gewichtstoename. Momenteel zijn er geen landelijke richtlijnen voor dergelijke verwijzingen.

Bron: Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde

Gepubliceerd op 4 november 2020

Door Karine Hoenderdos

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.