Ik ben diëtist en… tandartsassistent

Dit is de vijfde aflevering in de serie: “Ik ben diëtist en…”. In deze serie komen diëtisten aan het woord die hun vak combineren met een ander vak. Wat brengt de combinatie van die 2 beroepen en wat kun jij leren van hen?

In deze aflevering is Merel Visser aan het woord. Zij is (kinder)diëtist en tandartsassistent. Haar praktijk Melvi is inpandig gevestigd bij JTV mondzorg voor kids in Rotterdam.

Ik ben diëtist en…

‘Tandartsassistent. Na de MAVO heb ik de opleiding tot tandartsassistent gevolgd. Hierna heb ik 5 jaar gewerkt in een tandartsenpraktijk als preventieassistent. Ik merkte dat als ik voorlichting wilde geven over mondgezondheid, ik dat graag goed wilde doen en ook voeding daarin mee wilde nemen. Na 5 jaar werken was ik nog geen 24 en ben gestart met de opleiding Voeding en Diëtetiek aan de Haagse Hogeschool. Nog geen jaar na mijn start met die opleiding vroeg een tandarts of ik in zijn praktijk in Veenendaal wilde komen werken. Dat heb ik, terwijl ik bezig was met mijn opleiding tot diëtist, 1 dag per week gedaan. Nadat ik afgestudeerd was als diëtist bleek het lastig om een baan te vinden in die richting. Ik heb gesolliciteerd bij een kindertandartsenpraktijk omdat m’n baan in Veenendaal veel reistijd gaf. Terwijl ik bij die kindertandartsenpraktijk werkte, heb ik de Post-HBO kinderdiëtetiek gevolgd en gewerkt bij WoWijs in Den Haag. En toen kon ik aan de slag als diëtist bij JTV mondzorg voor kids in Rotterdam, waar ik nu nog werk. Ik ben er in dienst als tandartsassistent en heb er daarnaast, op de 2 locaties van de tandarts, mijn eigen diëtistenpraktijk. Ik zit er inpandig en ben er dus als diëtist én als tandartsassistent werkzaam en werk alles bij elkaar fulltime.’

Deze combinatie brengt mij:

‘Vooral heel veel afwisseling en werkplezier. Daarnaast merk ik ook dat ouders en kinderen makkelijker een afspraak op mijn voedingsspreekuur maken omdat ze me in de tandartspraktijk ook rond zien lopen zonder witte jas. Ik ben dan geen tandartsassistent maar diëtist Merel. En voor veel kinderen, die vaak toch angstig zijn voor de tandarts, is dat een stuk toegankelijker. Je moet je voorstellen dat voor een afspraak van een kind vaak maar 10 minuten wordt ingepland. In die 10 minuten wordt de controle uitgevoerd, maar wil je ook informatie meegeven en hebben kinderen een bepaalde spanning waardoor die informatie minder goed blijft hangen. Voor adviezen over mondgezondheid en eetgewoonten maak ik dan vaak een afspraak op mijn diëtistenspreekuur, maar ook collega’s zeggen tegen kinderen “maak maar een afspraak bij Merel”. Als kinderen minder gespannen zijn, kan ik bijvoorbeeld poetsinstructies geven en de informatie geven die de tandarts had willen overdragen. De combi tandartsassistent en diëtist overlapt en vult elkaar aan. Een mooi voorbeeld is als bij kinderen zogenoemde “confectiekronen” geplaatst moeten worden. Dit zijn kleine zilverkleurige noodkronen die op de achterste melkkiezen geplaatst kunnen worden als de kies te slecht is om te vullen maar als de basis wel goed genoeg is voor een kroon. Zo’n kroon sluit dan de kies af waardoor deze rustiger kan worden en het kind beter kan kauwen. Ik heb de tijd om uit te leggen wat zo’n confectiekroon is, maar ook waarom ik het plaatsen van zo’n kroon belangrijk vind als diëtist. Doordat kinderen hun kauwfunctie terugkrijgen, eten ze beter, is de voeding beter verteerbaar en verbetert hun algehele gezondheid. Ouders merken vaak ook op dat ze na mijn uitleg eindelijk snappen waarom hun kind voorheen zo slecht at.’

Dit geef ik collega-diëtisten als tip:

‘De combinatie levert mij zoveel op en ik ben er erg enthousiast over. Als je op zoek bent naar een baan erbij: kies vooral iets wat je leuk vindt. Dat is ook echt de reden dat ik voor deze combi gekozen heb. Wil je als diëtist meer samenwerken met tandartsen? Verdiep je dan in de termen, kijk een paar keer mee in een praktijk, stel vragen, informeer wat er van jou verwacht wordt als diëtist, geef aan waarvoor naar jou verwezen kan worden… Zo weet de tandarts wie je bent. Laat je er ook vaak zien. Natuurlijk realiseer ik me dat ik erg zichtbaar ben omdat ik 5 dagen per week op de locaties aanwezig ben. Wandel daarom regelmatig binnen, anders zijn ze je in no time vergeten.’