Zo’n zanderig worteltje, recht uit de grond

Toen ik nog een kleine Karine was, had ik een schooltuin. Daar kregen we een eigen lapje grond en veel strenge maar liefdevolle instructies van een (in mijn ogen) stokoude tuinman die gezegend was met een arendsoog voor onkruid. Wij zaaiden tuinkers in de vorm van onze voorletter, we schoffelden, we plantten, we harkten, we schoffelden nog meer en uiteindelijk konden we oogsten. De lol van boontjes plukken! De smaak van je zelfgekweekte krop sla! Zo’n worteltje, dat je uit de grond trok en meteen opat, zanderig of niet!

Mijn dochter kreeg ook een schooltuintje, en ik was de schooltuinmoeder van de klas. En de geschiedenis herhaalde zich. Het genot van even de schoolbanken ontvluchten, het buiten zijn, het gevoel van je handen in de aarde, lichaamsbeweging maar vooral: inzicht in hoe dingen groeien en plezier in het eten van groenten.

Inmiddels leven we in een obesogene maatschappij, met veel te veel ongezonde voedingsprikkels. Zijn schooltuinen niet een fantastisch tegengif? Niet één schooljaar, maar gewoon de hele basisschool lang? En misschien zelfs wel een gemeenschappelijke “schooltuin” op middelbare scholen, bij verpleeghuizen en andere zorginstellingen? Het kabinet denkt er ook al over na.

Het is nog hartstikke gezond ook. Kijk maar naar de Blue zones, met name naar het Japanse eiland Okinawa. Vrijwel alle mensen daar hebben tot op hoge leeftijd een eigen moestuin.

Als diëtist vinden we dat goed eten de basis is voor een gezond leven. Is het dan niet een goed idee als wij ambassadeur worden van de schooltuin? Laten we de schooltuin adopteren, promoten, zelf meeschoffelen en tussen neus en lippen wat voedingsles geven, koken op school met verse groenten….

Ik help graag mee. Al moet ik nog wel even werken aan dat arendsoog voor onkruid.

Gepubliceerd op 19 februari 2018

Door Karine Hoenderdos

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.