Zes subtypes van prediabetes vastgesteld

Volgens een nieuwe classificatie is prediabetes op te splitsen in 6 duidelijke subtypes. Deze subtypes verschillen in de mate van risico op het ontwikkelen van diabetes type 2 en eventuele secundaire aandoeningen. Herkenning van deze subtypes kan helpen om betere preventieve maatregelen te nemen. Dat blijkt uit een studie van Duitse onderzoekers, gepubliceerd in het tijdschrift Nature Medicine.

Langlopende studie

De onderzoekers volgden 899 mensen met prediabetes die verder als gezond werden beschouwd. Bij deze mensen werden gedurende 25 jaar allerlei testen uitgevoerd, waaronder het meten van metabole parameters als bloedglucose, insuline-activiteit en -secretie, levervet, verdeling van lichaamsvet, lipidenniveaus en genetische risicofactoren. Uit deze data konden de onderzoekers 6 subtypes vaststellen, ieder met eigen metabole markers. Om deze onderverdeling verder te controleren, analyseerden de onderzoekers nog eens 7.000 mensen uit een Brits cohort. Ook hier waren de subtypes herkenbaar.

Laag risico

Clusters 1, 2 en 4 zijn de mensen met prediabetes die het minste risico lopen op het ontwikkelen van diabetes. De mensen in clusters 1 en 2 hebben licht verhoogde bloedglucoseniveaus, maar zijn gezond. De mensen in cluster 2 hebben daarnaast een lage BMI. Zij hebben vooral een laag risico op het ontwikkelen van diabetes. Cluster 4 bestaat uit mensen met overgewicht, maar van wie het metabolisme nog relatief gezond is.

Hoog risico

De mensen in clusters 3, 5 en 6 hebben een hoog risico op het ontwikkelen van diabetes of secundaire aandoeningen. Mensen in cluster 3 produceren te weinig insuline, hebben een hoog genetisch risico en lopen daardoor een grotere kans op het ontwikkelen van diabetes type 2 en cardiovasculaire problemen. In cluster 5 vallen de mensen met duidelijk aanwezige leververvetting en insulineresistentie. Voor deze mensen is het risico op het ontwikkelen van diabetes, cardiovasculaire problemen en nefropathie hoog. Ook is de kans op vroegtijdig overlijden in deze groep verhoogd. In cluster 6 zitten de mensen met veel visceraal vet en niervervetting. Binnen deze groep is er eerst vooral schade aan de nieren te zien en is het risico op het ontwikkelen van diabetes juist relatief laag. Binnen dit subtype komen de meeste vroegtijdige overlijdens voor.

Vertaling naar de praktijk

‘Voor mensen met prediabetes was het tot nu toe niet mogelijk om te voorspellen of ze wel of geen diabetes of serieuze complicaties zouden ontwikkelen, of dat ze een vrij onschuldige vorm hadden’, vertelt onderzoeker Hans-Ulrich Häring, van de Universiteit van Tübingen. De volgende stap is om deze classificatie verder te valideren zodat het in de praktijk gebruikt kan worden.

Bron: Deutsches Zentrum für Diabetesforschung
Fotocredits: IDM, DZD