Vroege screening ondervoeding bij ouderen is nodig
Hoe screen je het beste op het risico op ondervoeding? En welke voedingsfactoren dragen bij aan het verbeteren van de voedingstoestand bij kwetsbare ouderen met een normaal gewicht en bij overgewicht. Op 3 maart 2025 verdedigt Priya Dewansingh aan de Universiteit Groningen haar proefschrift dat gaat over deze onderwerpen.
PG-SGA SF versus SNAQ
Dewansinghs onderzoek voor het proefschrift “From recognizing malnutrition to recognizing risk factors for malnutrition: improving nutritional care” heeft op de eerste plaats als doel inzicht te krijgen in het risico op ondervoeding, gemeten met de Patient-Generated Subjective Global Assessment Short Form (PG-SGA SF) en de Short Nutritional Assessment Questionnaire (SNAQ), in een ziekenhuispopulatie. Daarbij is ook gekeken naar de voorspellende validiteit en de associatie met opnameduur en kwetsbaarheid. Daarnaast is literatuuronderzoek uitgevoerd naar de effecten van zuivelcomponenten op het verbeteren of behouden van de voedingsstatus en fysieke fitheid bij oudere volwassenen. Het derde doel is het onderzoeken van nutriëntentekorten. Daarbij is specifiek gekeken naar eiwit, vitamine D en calcium bij ouderen met een normaal gewicht, overgewicht en obesitas, aangezien deze tekorten kunnen bijdragen aan een afname van het fysiek functioneren.
Screeningsinstrument
Concluderend laat dit proefschrift zien dat er verschillende gevalideerde screeningsinstrumenten zijn voor het detecteren van (risico op) ondervoeding, maar dat deze niet met dezelfde uitkomsten komen. De PG-SGA SF lijkt een passend instrument te zijn wanneer patiënten proactief gescreend moeten worden. De PG-SGA SF bleek voorspellend te zijn voor opnameduur en de SNAQ niet. Daarnaast identificeerde de PG-SGA SF 35 procent meer patiënten met risico op ondervoeding dan de SNAQ. De PG-SGA SF heeft een interprofessioneel karakter en screent niet alleen op voedingsinname en gewicht, maar ook op symptomen die de voedingsinname kunnen beïnvloeden en op beweging. Een andere conclusie van het proefschrift is dat voor een succesvolle implementatie van de PG-SGA SF extra scholing nodig is voor zorgverleners om kennis over (risico op) ondervoeding te vergroten. Bovendien zijn barrières, zoals onvoldoende middelen en ondersteuning van het management, cruciaal om aan te pakken aldus Dewansingh.
Voldoende eiwit en vitamine D voor kwetsbaren
Ook laat dit proefschrift zien dat voldoende eiwit uit zuivel (20-30 gram per maaltijd) voor kwetsbare ouderen een meerwaarde heeft. Een systematische review en meta-analyse levert als bevinding dat het lichaamsgewicht verhoogde. Dit effect nam toe bij de selectie van onderzoeken met een studieduur van minimaal zes maanden. En bij de selectie van studies met “kwetsbare” ouderen, zoals ouderen met risico op ondervoeding of die al ondervoed zijn, (pre-)frailty, voortdurend bedlegerig, of ouder dan 70 jaar bleek 20-30 gram eiwit per maaltijd positief voor een beter lichaamsgewicht. Ook blijkt dat voldoende vitamine D (400-1000 IU) een positief effect heeft op de Timed-Up-and-Go-test, maar niet bij andere fysieke testen bij oudere volwassenen. Meer onderzoek is nodig naar de effecten van zuivel op spiermassa en fysieke functies bij oudere volwassenen.
Eiwittekort bij overgewicht en obesitas
Het laatste deel van het proefschrift beschrijft verschillen in voedingsinname/-status van eiwit, vitamine D en calcium tussen oudere volwassenen met verschillende BMI-categorieën (normaal gewicht, overgewicht en obesitas). Vitamine D inname was onvoldoende bij alle groepen, terwijl oudere volwassenen met obesitas ook een tekort hadden aan serum 25(OH)D (48 nmol/L). De calciuminname was sufficiënt bij oudere volwassene met overgewicht en obesitas en eiwitinname lag gemiddeld net op de grens. Dit betekent volgens de onderzoeker dat ook een deel oudere volwassenen met overgewicht en obesitas te weinig eiwitten binnenkrijgen.
Pleidooi voor vroege screening
Dit proefschrift benadrukt het belang van (vroege) screening, proactieve interventies en preventieve strategieën. Hiermee kunnen volgens Dewansingh ondervoeding en de gevolgen ervan, zoals langdurige ziekenhuisopnames en verminderde kwaliteit van leven, beperkt worden.
Gepubliceerd op 24 februari 2025
Door Mary Stottelaar