‘Voeding zou veel belangrijker moeten zijn in de huisartspraktijk’

Drs. Tamara de Weijer is huisarts en zeer geïnteresseerd in voeding. Ze spreekt op het vierde congres Arts en Voeding over haar ervaringen in de praktijk.

Je kennis over voeding, komt die uit de huisartsenopleiding?

‘Helaas niet. In mijn studie geneeskunde en de specialisatie daarna tot huisarts heb ik in totaal misschien 5 uur les gehad over voeding. Niet voor niets wordt de studie vaak ook “medicijnen” genoemd! Mijn interesse in voeding komt voort uit eigen ervaring. Na mijn zwangerschap was ik flink aangekomen en een vriendin raadde me aan om puur en onbewerkt te gaan eten. Nu dacht ik altijd dat ik best gezond at. Ik at vrij traditioneel, met twee broodmaaltijden, ’s avonds een warme maaltijd met aardappelen, groenten en vlees. Regelmatig gebruikte ik pakjes en zakjes en ook halvarine, light producten en magere zuivel. Alles vanuit de gedachte dat vet ongezond was. Door de tips van die vriendin verdiepte ik me in het onderwerp en heb ik mijn eetgewoontes veranderd. Nu eet ik veel meer groenten en peulvruchten, ik eet minder brood en ook bij de warme maaltijd eet ik minder koolhydraatrijke producten als pasta en aardappelen. Ik eet volle zuivelproducten, noten, fruit, avocado en veel vis. Met resultaat: al na 2 weken voelde ik me veel energieker en al binnen enkele maanden kwam ik ook weer op het juiste gewicht.’

Maar dat was dus alleen je eigen ervaring…

‘Precies. Als huisarts was ik niet gewend om ook voedingsadviezen te geven. De eerste keer dat ik mijn eigen voedingsadviezen ook aan een patiënt doorgaf, was bij een man met diabetes type 2. Hij moest eigenlijk aan de medicijnen, maar wilde niet. Ik vertelde hem mijn ideeën over gezond eten en hij wilde het proberen. Na een half jaar begeleiding is hij helemaal “genezen” van diabetes, al mag je dat officieel niet zeggen. Hij verloor 12 kilo, zijn buikomvang nam spectaculair af en zijn bloedwaardes zijn uitstekend. Helemaal zonder medicijnen.’

Ben je toen vaker voedingsadviezen gaan geven?

‘Ja! Ik werkte toen in een praktijk in Almere en kreeg van mijn collega en de praktijkondersteuners de kans om dit te doen. Ik heb mensen begeleid met de ziekte van Crohn, colitis ulcerosa, diabetes, overgewicht, noem maar op. Bij de mensen die echt gemotiveerd zijn, is het resultaat vaak verbluffend goed. Ik heb bijvoorbeeld een vrouw met Crohn begeleid, die nu geen medicijnen meer nodig heeft. En ik adviseerde een man met colitis ulcerosa, die al 3 jaar lang nauwelijks kon functioneren vanwege buikpijn en diarree. Nu is hij pijnvrij. Ik zeg niet dat ik de wijsheid in pacht heb, maar ik zie heel goed wat goede voeding kan doen. Voeding zou veel belangrijker moeten zijn in de eerste lijn! Inmiddels heb ik meer dan 50 patiënten begeleid. Ik ben nu – naast mijn werk als huisarts – bezig met het opstarten van een promotie-onderzoek, waarin ik wil aantonen hoe belangrijk goede voedings- en leefstijladviezen zijn voor mensen met diabetes mellitus type 2.’

Hoe motiveer jij jepatiënten?

‘In het eerste gesprek vertel ik kort wat pure voeding inhoudt. Ik leg mijn patiënten uit dat de eerste 2, 3 weken het lastigst zijn, maar dat ze daarna vaak zullen merken dat hun energiepeil toeneemt en dat ze zich beter zullen voelen. Ik stuur ze per mail verder veel informatie, recepten en tips voor boeken. Na 6 weken zie ik ze dan weer en bij de meeste mensen is dan het nieuwe eetpatroon echt ingedaald. Ik zie het meteen als ze binnenkomen: hun huidskleur is roziger en gezonder. En ze voelen zich vrijwel allemaal veel beter.’

Gewetensvraag: waarom schakel je de diëtist niet in?

‘Tja, die vraag kan ik verwachten als ik geïnterviewd wordt voor deze website! Eerlijk gezegd heb ik niet zulke goede ervaringen met diëtisten. Ze houden zich vast aan de klassieke adviezen van de Schijf van vijf en ze adviseren light producten als halvajam en frisdrank. De diëtisten die ik heb gesproken, stonden niet open voor een andere aanpak of andere inzichten. Heel teleurstellend vond ik dat en dan verwijs ik ook niet naar ze door. Overigens heb ik inmiddels ook andere diëtisten ontmoet, die meer openstaan voor verandering en die bijvoorbeeld ook het FODMAP-dieet voorschrijven. Daar verwijs ik wel patiënten naar door. Ik denk dat de diëtisten en huisartsen door een goede samenwerking veel meer kunnen bereiken.’

Gepubliceerd op 27 mei 2015

Door Karine Hoenderdos

Reageer op dit artikel

  1. Hans 1 november 2020 at 09:02 - Reply

    Nu voor het eerst deze website bezocht.
    Zeer interessant.

    • Beroep: Anders
    • Indien anders: Geen beroep, wel zeer geïnteresseerd

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.