Relatieve vetmassa formule beter dan BMI

Een nieuwe formule, gebaseerd op de verhouding tussen lengte en middelomtrek, is een betere maat voor de hoeveelheid lichaamsvet dan de BMI. Dat blijkt uit Amerikaans onderzoek, gepubliceerd in Scientific Reports. De nieuwe formule heet “Relative Fat Mass” (RFM) en wijkt af van de eerder voorgestelde middel-lengteverhouding.

Nadelen BMI

Er is al langer kritiek op de BMI. Volgens de onderzoekers heeft de BMI als nadeel dat het geen onderscheid maakt tussen spiermassa, botmassa en vetmassa. Ook houdt de BMI geen rekening met het feit dat vrouwen gemiddeld meer vetmassa hebben dan mannen.

Betere inschatting

De formule is ontwikkeld op basis van gegevens van ruim 12.000 Amerikanen en gevalideerd met DXA-scans (Dual-energy X-ray absorptiometry) van bijna 3.500 Amerikanen. In het onderzoek zijn verschillende formules uitgetest en de RFM bleek een betere voorspeller van de hoeveelheid lichaamsvet dan de middel-lengteverhouding. Ook gaf de RFM een betere inschatting dan de BMI.

Geen weegschaal

Voor het bepalen van de RFM is geen weegschaal nodig, alleen een meetlint om de lengte en middelomtrek te bepalen. De RFM is vervolgens te berekenen met deze formule:

Voor mannen: 64 – (20 x lengte/middelomtrek)

Voor vrouwen: 76 – (20 x lengte/middelomtrek)

Er zijn nog geen afkapwaardes van de RFM opgesteld voor overgewicht. Daarvoor is vervolgonderzoek nodig.

Bron: Cedars-Sinai

Gepubliceerd op 7 september 2018

Door Angela Severs

Reageer op dit artikel

  1. Margje Vlasveld 17 september 2018 at 13:03 - Reply

    Tja, ik kan die formule wel gaan gebruiken, maar heb dus niets aan het getal dat er uit komt, of zie ik iets belangrijks over het hoofd?

    • Beroep: Diëtist
  2. Ellen Govers 13 september 2018 at 13:10 - Reply

    Leuk artikel maar de kop erboven belooft te veel. De onderzoekers hebben geprobeerd een alternatief voor de BMI te vinden en dan is de RFM (relatieve vet massa) inderdaad beter. De middelomtrek blijft belangrijk. De onderzoekers stellen zelf dat veel meer onderzoek, bijvoorbeeld met obese patienten, nodig is om vast te stellen dat hun formule inderdaad een handig hulpmiddel is bij het bepalen van de vetmassa, en daar ben ik het mee eens. De individuele verschillen in vet-en spiermassa kunnen overigens fors zijn.
    Voor de dietistenpraktijk is de middelomtrek een belangrijk instrument, bij voorkeur gecombineerd met een vierpunts impedantiemeting. Dit geeft voldoende informatie om een behandeling te kunnen starten.
    Ik hoorde van een POH dat zij geen middelomtrek meer meten bij mensen met (beginnende) diabetes omdat dit niet nodig zou zijn. Ik ben benieuwd wat de redenering daarachter is.

    • Beroep: Diëtist

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.