Recensie: Eetbare natuur

Paulien Kruiper bood aan om een recensie te schrijven van het boek “Eetbare natuur” van Michiel Korthals. Kruiper is diëtist met een eigen praktijk en maakt plannen voor een eigen voedselbos. Ze vindt de belangrijkste boodschap van het boek: ‘Leer samenwerken met aarde, bodem, dieren en landschap.’

Dit schrijft Paulien:

In het boek “Eetbare Natuur” werpt filosoof Michiel Korthals een brede blik op de problemen van onze voedings- en landbouwsector. Hij vindt dat we allemaal betrokken moeten zijn bij deze problemen, en dat we moeten bijdragen aan de oplossingen. Want voeding en landbouw zijn geen marginale activiteiten maar “levensvraagstukken”.

Werk samen met de aarde

Het boek is deels een verzameling van artikelen die eerder in verschillende media zijn verschenen. Dat lees je terug in het boek; het ene hoofdstuk leest makkelijker weg dan het andere. Maar dat maakt de boodschap van Korthals er niet minder om. Hij betoogt dat we moeten leren samenwerken met de aarde, de bodem, de dieren en het landschap. Dat levert ons op de langere termijn een gezonde(re) planeet op. Maar het geeft ook winst op de korte termijn: meer plezier in koken en eten, plus extra zingeving en geluk doordat je je sterker verbonden voelt met je omgeving.

Magen met een pinpas

Korthals legt in een eerste hoofdstuk uit dat er een grote kloof is tussen consumenten en hun eten. Dat komt omdat zowel de landbouw als de voedingsindustrie is gericht op efficiëntie: zoveel mogelijk produceren voor een zo laag mogelijke prijs. De schrijver typeert de huidige consument als “magen met een pinpas”. Ofwel: we willen voor zo weinig mogelijk geld onze magen vullen. Daarnaast hebben we vaak letterlijk geen toegang tot de oorsprong van ons eten (zie maar eens een varkensstal binnen te komen bijvoorbeeld). Het resultaat is vervreemding van ons voedsel én van de natuur.

Boven de natuur

In een ander hoofdstuk gaat Korthals in op de positie van de mens ten opzichte van de natuur en van dieren. Door onze cognitieve vermogens, en de constatering dat dieren die niet in dezelfde mate hebben, hebben we onszelf boven dieren en natuur geplaatst. En dat terwijl de evolutie ons als mens, in vergelijking met dieren, met zeer gebrekkige zintuigen heeft uitgerust… Hij beschrijft vervolgens hoe mensen – net als andere organismen – zijn ingebed in complexe levende en niet-levende systemen, met bijvoorbeeld ook een belangrijke rol voor bodem, bacteriën en virussen. Zijn conclusie is dat alles samenwerkt (soms ook strijd voert) en dat de mens dus geen onafhankelijk wezen kán zijn.

Voedselvaardigheden

Deze positie van de mens – in de natuur in plaats van superieur aan de natuur – zou dan ook aan de basis moeten liggen van ons voedselsysteem, vindt Korthals. Ofwel: samenwerken met de natuur. Een belangrijk begrip in zijn boek is “voedselvaardigheden”. Hij constateert, in een aangehaalde enquête, dat diëtisten vooral inzoomen op de gezondheidsaspecten van voeding. Ook in verschillende rapporten van het Voedingscentrum ziet hij dit terug. Korthals ziet voeding én gezondheid echter als een breed begrip en roept op om bewuste keuzes te maken: waar komt je eten vandaan en wat vind je daarvan? Het liefst ziet hij dat consumenten ook producenten worden, bijvoorbeeld door zelf te moestuinieren of een oogstabonnement bij een boerderij te nemen. Daarnaast is genieten van je maaltijd en het met andere mensen samen koken en eten een belangrijk aspect. Een te sterke focus op gezondheid alleen levert volgens de schrijver vaak gevoelens van tekortschieten op, terwijl een brede focus je plezier, genieten en zingeving oplevert. En doordat je actief leert over je eten, ga je waarschijnlijk als vanzelf (ook) gezondere keuzes maken.

De toekomst: voedseldemocratie

Korthals beschrijft een toekomstscenario, in 3 fasen op de weg naar een duurzame, eerlijke en goede voedselproductie. De eerste fase is het ontwikkelen van meer kwaliteitslandbouw zoals stadslandbouw en voedselbossen. Initiatieven hiervoor komen in zijn toekomstscenario van onderop, lokale overheden zullen deze steeds meer faciliteren en ondersteunen. Vervolgens wordt dit in de tweede fase opgeschaald naar de (inter-)nationale overheden, die er onder meer voor zorgen dat multinationals eerlijker en duurzamer gaan produceren. In de derde fase ontstaat er een voedseldemocratie waarbij kleine en grotere ondernemingen gelijkwaardige spelers zijn, mede omdat de consument ook producent is. De multinationals zullen dan zijn gekrompen. Alleen producten als koffie en cacao komen nog van ver.

Ik denk dat we in fase 1 zitten en het vervolg moeten zien als een koers die we samen moeten varen. Dat zal niet eenvoudig zijn, maar hoe meer consumenten en ook professionals zoals diëtisten daaraan mee doen, hoe sneller het zal gaan. Als je daar meer achtergrond over en inspiratie voor zoekt, dan is dit boek de moeite van het lezen waard!

Eetbare natuur; de essentie van landbouw en voeding. Michiel Korthals, 2021. € 14,90, ISBN 978 90 5615 748 7

Gepubliceerd op 12 augustus 2021

Door Karine Hoenderdos

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.