Rauwe melk helpt beschermen tegen allergieën

Het drinken van rauwe koemelk kan bescherming bieden tegen het ontstaan van allergisch astma en symptomen van voedselallergie verminderen. De bioactieve wei-eiwitten in deze melk blijken hiervoor verantwoordelijk te zijn. Dat concludeert onderzoeker Suzanne Abbring in haar promotieonderzoek aan de afdeling immunofarmacologie van Universiteit Utrecht. Ze deed onder meer onderzoek bij kinderen die allergisch zijn voor koemelk.

Voor- en nadelen

Het drinken van rauwe, onbewerkte melk wordt door overheidsinstanties afgeraden vanwege de mogelijke besmetting met ziekteverwekkers. Maar epidemiologisch onderzoek vindt gunstige associaties tussen het drinken van rauwe melk en het ontwikkelen van allergieën. ‘Om dit eeuwigdurende debat te stoppen zal het epidemiologische bewijs moeten worden ondersteund door een oorzakelijk verband’, schrijft Abbring in haar proefschrift. Met haar onderzoeken wilde ze hieraan een bijdrage leveren.

Muizenonderzoek

Abbring bekeek het mogelijke allergie-beschermende effect van rauwe melk eerst bij muizen. Bij hen voorkwam de rauwe melk de ontwikkeling van allergisch astma. Bij voedselallergie vertoonden de muizen die rauwe melk kregen bovendien minder allergische symptomen op het kippenei-eiwit ovalbumine, waarvoor deze muizen gevoelig waren gemaakt.

Aanpassing van het immuunsysteem

Vervolgens onderzocht Abbring kinderen die allergisch waren voor koemelk. Hier zag ze dezelfde beschermende werking van rauwe melk. De kinderen met koemelkallergie konden in een provocatietest rauwe koemelk tot het maximale niveau van 50 ml verdragen, terwijl de provocatie met bewerkte, commerciële melk in de meeste gevallen eerder moest worden gestopt vanwege de ontwikkeling van allergische symptomen. ‘Dit betekent dat rauwe melk het immuunsysteem op zo’n manier kan beïnvloeden dat er geen ongewenste reactie plaatsvindt tegen onschuldige allergenen. Deze immunomodulerende capaciteit van rauwe melk doet vermoeden dat rauwe melk bescherming kan bieden tegen een breed scala aan allergenen’, schrijft Abbring. Ze doelt hiermee op allergenen aanwezig in de lucht, zoals huisstofmijt en diverse pollen en voedselallergenen zoals in ei en pinda.

Alternatieven

Het allergiebeschermende effect werd tenietgedaan door de verwerking van melk. Abbring ontdekte dat de warmtegevoelige bioactieve wei-eiwitten in rauwe melk verantwoordelijk waren voor het effect. De verhitting die bij het verwerken van melk plaatsvindt, verandert de structuur van deze gunstige eiwitten, waardoor ze hun werking verliezen. Tot een temperatuur van 60 °C bleven deze eiwitten wel intact. Abbring heeft ook suggesties als alternatief voor rauwe melk: rauwe melk verwarmen tot maximaal 60 °C, mildere verwerkingsmethoden gebruiken of bewerkte melk verrijken met bioactieve wei-eiwitten.

Bron: Universiteit Utrecht