Optimale hoeveelheid beweging voor hart en bloedvaten

Dat bewegen het risico op hart- en vaatziekten verlaagt, is al langer bekend. Maar hoevéél je precies moet bewegen om maximaal effect te bereiken, was nog niet helemaal duidelijk. Onderzoek van het Radboudumc onder 150.000 mensen uit Noord-Nederland laat zien dat de optimale hoeveelheid beweging verschilt tussen gezonde mensen en mensen met (hoog risico op) hart- en vaatziekten.

3 groepen

De onderzoekers bekeken de gegevens van de Noord-Nederlanders en verdeelden de mensen in 3 groepen: gezonde mensen, mensen met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten omdat ze bijvoorbeeld een hoge bloeddruk of diabetes hebben, en tot slot hartpatiënten (doorgemaakt hartinfarct of beroerte).

10-15 uur per week

Uit de analyse bleek dat voor mensen in de risicogroep en de gezonde controlegroep hetzelfde geldt: meer bewegen leidt tot een lager risico op overlijden aan een nieuwe hart- of vaataandoening, maar op een gegeven moment leidt meer beweging niet tot extra gezondheidswinst. Deze groepen bereiken als het ware een plafond. Dat plafond bleek te liggen op 4 tot 6 keer de Nederlandse beweegrichtlijn van 2,5 uur per week matig intensief bewegen. Ofwel: 10-15 uur beweging per week. Volgens de onderzoekers zit de gemiddelde Nederlander ruim onder dat niveau en heeft dus ruimte voor extra gezondheidswinst.

Hoe meer hoe beter

Anders bleek dit te zijn voor de groep hart- en vaatpatiënten. Bij hen zagen de onderzoekers geen maximum. Voor hen geldt dat hoe meer zij bewegen, hoe kleiner het risico op een nieuwe hartaandoening. Volgens de onderzoekers kunnen hart- en vaatpatiënten echt veel winst boeken met een actieve leefstijl.

Bewegen in vrije tijd

De onderzoekers bestudeerden ook of het uitmaakt of de beweging uit fysieke arbeid komt of van activiteiten in de vrije tijd. Opvallend genoeg bleek dat mensen die zwaar intensieve arbeid verrichten, zoals stratenmakers, geen verlaagd risico op een hartziekte of overlijden hebben. De gezondheidswinst wordt juist behaald bij bewegen in de vrije tijd, zoals sporten, wandelen en fietsen. Een verklaring hebben de onderzoekers hier niet voor.

Bron: Radboudumc

Gepubliceerd op 10 december 2021

Door Angela Severs

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.