Kwart kinderen heeft minder goede motoriek

Een kwart van de basisschoolleerlingen scoorde het afgelopen jaar een onvoldoende voor bewegingsvaardigheid. Vooral kinderen tussen de 9 en 12 jaar bewegen te weinig. Dit blijkt uit de Motoriek Peiling, een jaarlijks onderzoek naar de motoriek van kinderen tussen de 4 en 12 jaar, dat wordt uitgevoerd door De Haagse Hogeschool. 

Achteruitgang motoriek

Kinderen zijn de afgelopen jaren steeds minder gaan bewegen, waardoor hun motoriek sterk achteruitgaat. Dit is een zorgelijke ontwikkeling die al langer aan de gang is en negatieve gevolgen heeft voor de fysieke en mentale gezondheid van kinderen. Met de komst van het Nationaal Sportakkoord en Preventieakkoord in 2018 zijn nagenoeg alle Nederlandse gemeenten de afgelopen jaren samen met scholen gericht aan de slag gegaan om deze negatieve trend om te keren. 

Nauwelijks verbetering 

Opvallend in de Motoriek Peiling 2021 onder basisschoolkinderen zijn de resultaten bij kinderen tussen de 9 en 12 jaar. De kinderen in deze leeftijdscategorie scoorden qua motorische vaardigheden 33-35 procent onder het gemiddelde. Van de totale groep basisscholieren tussen de 4 en 12 jaar scoorde 24 procent ondergemiddeld. In 2020 en 2019 was dat nog 27 procent. Het lijkt dus voorzichtig de goede kant op te gaan, al betreft het onderzoek in 2021 deels een andere groep kinderen en zijn er duidelijke verschillen per leeftijdsgroep en per provincie. 

Vervolgonderzoek 

Het belang van een brede motorische ontwikkeling wordt steeds meer onderkend, en vele gemeenten en scholen zijn aan de slag gegaan met het verbeteren van het beweegaanbod voor kinderen. Toch laten de landelijk cijfers geen grote verbeteringen zien. Om deze ontwikkeling verder te onderzoeken gaat De Haagse Hogeschool een verdiepend onderzoek doen naar de kwantiteit en de kwaliteit van het beweegaanbod.  

MQ Scan

De Motoriek Peiling 2021 is uitgevoerd onder 132.000 kinderen tussen de 4 en 12 jaar, verspreid over 722 basisscholen. Hiermee is het representatief voor de status van de motoriek van basisschoolleerlingen in heel Nederland. Om de motorische vaardigheden van kinderen te testen, legden zij een beweegparcours af, waarbij ze moesten rennen, springen en hinkelen. Hierbij werd de MQ Scan gebruikt, een wetenschappelijk onderbouwd en gevalideerd meetinstrument, ontwikkeld door De Haagse Hogeschool in samenwerking met de Vrije Universiteit van Amsterdam. De MQ Scan geeft beweegprofessionals een goed en objectief beeld van het motorisch vermogen van kinderen, waardoor men beter in staat is een goed programma met passende interventies vorm te geven. De MQ Scan is inmiddels geïmplementeerd in 127 gemeenten en 1.238 basisscholen. 

Bron: De Haagse Hogeschool