‘Ik geef het liefst advies aan mannen’

Journalist Jan Heemskerk schreef het boek ”Als Jan het kan…” over zijn weg naar een gezonder leven. Een boek dat veel publiciteit kreeg! Hoofdrol in het boek heeft diëtist Wendy Walrabenstein, die hem begeleidde naar een gezonder eetpatroon en gewichtsverlies. Het boek en de publiciteit heeft behoorlijk veel effect gehad op haar werk.

Hoe kwam Jan Heemskerk bij jou?

‘In maart 2016 kwam Jan voor het eerst bij mij in de praktijk. Ik had zijn vrouw een keer ontmoet en zij had hem naar mij gestuurd. Hij zei toen meteen dat hij over zijn afslankproces een artikel wilde schrijven voor Volkskrant Magazine. Dat was eigenlijk best heftig, want ik was op dat moment nog maar net werkzaam als zelfstandig diëtist. Ik werkte hiervoor namelijk jaren in de internationale financiële wereld en ben pas tegen mijn 40ste de studie diëtetiek aan de Hogeschool van Amsterdam gaan doen. Hoewel ik veel met mannen had gewerkt, ook als leidinggevende, was Jan wel een van mijn eerste cliënten in mijn praktijk. Achteraf denk ik: “Dat had ook helemaal verkeerd kunnen aflopen”, maar het heeft wonderwel goed uitgepakt.’

Wat is er gebeurd na dat eerste consult?

‘Heel veel. Jan schreef na zes maanden begeleiding zijn artikel in Volkskrant Magazine en meteen daarna kwamen er veel nieuwe cliënten naar mijn praktijk. Voornamelijk mannen en dat vond ik eigenlijk wel prettig. Het is fijn dat de gesprekken to the point zijn en dat je vrij directief kunt zijn. In het begin kost het trouwens vaak moeite om mannen te overtuigen, dan zeggen ze dingen als “Wie ben jij nou helemaal” en “Waarom zou ik naar jou luisteren?”. Maar als je ze eenmaal overtuigd hebt, dan doen ze wat je samen hebt afgesproken. Dus sinds dat eerste artikel, en helemaal na dit boek, heb ik voornamelijk mannelijke cliënten in mijn praktijk. Ik heb er al snel voor gekozen om me daarin te specialiseren. Vrouwen verwijs ik dus door naar collega’s in de buurt. Dat werkt fantastisch, echt, ik zou iedere diëtist aanraden om zich te specialiseren.’

Ben je betrokken geweest bij het schrijven van het boek?

‘Nauwelijks. Ik heb wat recepten geleverd en ik heb het concept gelezen zodat er geen foutieve dingen over voeding instonden. Jan heeft het echt heel goed gedaan, vind ik. Het is grappig en herkenbaar en vol zelfspot, maar hij gaat ook goed in op weerstand, het veranderen van gewoontes en hoe je uiteindelijk kunt genieten van gezond leven. Nu houdt hij bijvoorbeeld wél van fruit en van fietsen, en dat was 3 jaar geleden echt niet zo. Ik heb Jan in totaal ongeveer anderhalf jaar begeleid, zoals ik ook gewend ben. Je begint vrij intensief aan een traject (in het geval van Jan waren dat de eerste 6 maanden) en daarna zie je elkaar nog sporadisch. Maar bij het boek ben ik dus niet verder betrokken geweest. Ik ben wel meegegaan naar de opnames van een interview van Jan bij RTL Late Night, maar dacht toen eigenlijk al snel: “Dit kost wel veel tijd”. En ik heb het druk genoeg.’

Heb je dan een fulltime praktijk?

‘Nee, ik werk nog maar 2 dagen per week in mijn praktijk, want ik vond het al snel een beetje teveel een solobestaan. Ik eet zelf veganistisch en ik hoorde via via dat er een hoogleraar reumatologie was in het AMC, Dirk Jan van Schadenburg, die zijn patiënten een plantaardige voeding voorschreef. Dat wekte mijn interesse, ik stuurde hem een mail en nu doe ik 3 dagen per week promotieonderzoek bij hem. We gaan in maart starten met een trial met 176 patiënten. Ik draai mijn praktijk dus nog 2 dagen per week. Daar richt ik me nu – behalve op mannen – dus ook op deze doelgroep: mensen met reuma die plantaardig willen eten. Mijn tweede specialisme en dat kan prima samen. Handig voor elke diëtist die niet kan of wil kiezen!’