Huisartsen ervaren barrières bij doorverwijzen naar GLI

Circa de helft van de patiënten in een gemiddelde huisartsenpraktijk heeft een ongezonde leefstijl. Toch verwijzen huisartsen patiënten niet massaal door naar gecombineerde leefstijlinterventies (GLI’s). Gebrek aan tijd en twijfels over de langetermijneffecten zijn enkele barrières die huisartsen ervaren, zo blijkt uit onderzoek van onder meer het Universitair Medisch Centrum Groningen.

Inventarisatie mening van huisartsen

Ongeveer 3,5 miljoen Nederlanders komen naar schatting in aanmerking voor de GLI. Uit de laatste GLI-monitor van het RIVM blijkt dat op 31 augustus 2020 pas 8.646 mensen zijn gestart met een GLI. Omgerekend is dat slechts 0,2 procent van de doelgroep. De GLI’s hebben hun plek in de huisartsenpraktijk dus nog niet helemaal gevonden. Voor de onderzoekers aanleiding om de mening van huisartsen over de rol van leefstijlinterventies te inventariseren. In het onderzoek zijn 15 huisartsen geïnterviewd en hebben 83 huisartsen een online vragenlijst ingevuld. De huisartsen waren afkomstig uit de provincies Drenthe, Flevoland, Friesland, Gelderland, Groningen en Overijssel.

De rol van de huisarts bij preventie

De deelnemende huisartsen schatten dat gemiddeld 52 procent van de patiënten uit hun praktijk een ongezonde leefstijl heeft. Vooral roken, weinig lichaamsbeweging en een ongezonde voeding komen het meeste voor. De huisartsen verschilden van mening over hun preventieve rol. Iets meer dan de helft van de deelnemende huisartsen vindt zowel primaire als secundaire preventie een taak van de huisarts. Bijna 40 procent vindt alleen secundaire preventie een taak van de huisarts.

Twijfels over GLI

Bij het inzetten van leefstijlinterventies blijken huisartsen verschillende barrières te ervaren, zoals een gebrek aan tijd, personeel en financiële middelen. Ook vinden sommige huisartsen het moeilijk om een ongezonde leefstijl te bespreken als deze geen verband houdt met de hulpvraag van een patiënt. Daarnaast spelen patiëntgerelateerde factoren een rol: een lage sociaaleconomische status en gebrek aan motivatie werken volgens sommige huisartsen belemmerend bij het initiëren van leefstijlinterventies. Veel huisartsen zijn verder sceptisch over de haalbaarheid en effectiviteit van de GLI. Er zijn vooral twijfels over de langetermijneffecten.

Bron: Huisarts en Wetenschap

Gepubliceerd op 15 januari 2021

Door Angela Severs

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.