Het darmmicrobioom op leeftijd

Op dinsdag 20 juni werd het Symposium ”Gezonder oud worden” georganiseerd in Houten. Belangrijke conclusie: het darmmicrobioom heeft waarschijnlijk veel invloed op het verouderingsproces. De Ierse onderzoeker Ian Jeffery vertelde dat bij ouderen de variatie in bacteriesoorten in het darmmicrobioom afneemt, wat de kans op ziekte vergroot. Vooral bij ouderen in het verpleeghuis is de afname sterk, waarschijnlijk veroorzaakt door het eenzijdige en vezelarme eten, plus de medicijnen die veel ouderen slikken. Jeffery suggereerde dat ouderen kunnen “verjongen” door een poeptransplantatie van een jonger persoon. Maar daar zitten wel wat haken en ogen aan.

Lifelines studie

Cisca Wijmenga is hoogleraar geneticia bij UMCG Groningen. Zij ziet het darmmicrobioomals een belangrijk extra orgaan. “Zonder de darmflora kunnen we niet leven”, benadrukte ze. Wijmenga vertelde over de Lifelines studie, een grootschalig onderzoek in de 3 noordelijke provincies van ons land. De getallen zijn indrukwekkend: 170.000 deelnemers, 5 miljoen monsters (zoals bloed, speeksel, haar) en 11.000 ontlastingsmonsters. De studie geeft veel informatie over de factoren die het darmmicrobioom beïnvloeden. Sommige voedingsmiddelen blijken een positief effect te hebben op de darmflora (koffie, thee, karnemelk, groenten, fruit, wijn), anderen juist een negatief effect (volle melk, producten die veel snelle koolhydraten bevatten, bier).

Maagzuurremmers

Maar de grote verrassing is dat medicijnen zoveel effect hebben op de darmflora. Vooral maagzuurremmers (protonpompremmers), antidepressiva en de anticonceptiepil veranderen het darmmicrobioom op negatieve wijze. Maagzuurremmers veranderen wel 20% van de bacteriën in de darmflora en maken deze vooral minder complex. Bij gebruikers van maagzuurremmers neemt de kans op een infectie met de campylobacter daardoor toe.

Levensverwachting

Andrea Maier, internist/geriater en bekend van het boek “Eeuwig houdbaar” en haar optreden in Zomergasten. Maier vertelde dat onze levensverwachting nog steeds toeneemt: elke 10 jaar komen er 2 jaar bij. De maximale levensduur van de mens lijkt nu op 120 jaar te liggen. Hoe komt het nu dat we steeds langer leven? Dat komt voor een groot deel door de verbeterde gezondheidszorg, aldus Maier. We zijn eenvoudigweg beter in staat om ziektes zoals hart- en vaatziekten en kanker te behandelen. We worden dus wel ouder, maar we worden ouder mét ziekte. Hoe hoger de leeftijd, hoe meer kans op meerdere chronische aandoeningen. Ouderen ‘stapelen’ ziektes en we brengen slechts de helft van ons leven in goede gezondheid door! Wat kunnen we daaraan doen?

Leefstijl

Leefstijl is het antwoord op deze vraag. Maier stelt dat 70% van onze veroudering wordt bepaald door leefstijl, voeding en omgeving en slechts 30% door genen. Ze ging in op studies naar het vertragen van veroudering. Meest bekend zijn de studies naar calorierestrictie, meestal met proefdieren zoals muizen en apen, waaruit altijd weer blijkt dat minder eten zorgt voor een langer leven. Maar ook is er veel onderzoek naar medicijnen, zoals metformine en senolytica. De resultaten zijn nog niet stevig genoeg om deze medicijnen als antiverouderingsmedicijn voor te schrijven bij mensen.

Gepubliceerd op 23 juni 2017

Door Karine Hoenderdos

Reageer op dit artikel