Grote kans op ondervoeding na trauma

De helft van de patiënten die ernstig gewond – maar in goede voedingsstatus – worden opgenomen op de ICU, raakt ondervoed. Dat blijkt uit onderzoek uitgevoerd bij Nederlandse en Amerikaanse traumacentra. Ondervoeding zorgt bij deze ICU-patiënten voor een verhoogde kans op complicaties.

Letselgerelateerde ondervoeding

Ernstig gewonde patiënten kunnen lijden aan acute ziektegerelateerde of letselgerelateerde ondervoeding. Vanwege de fysieke stressreactie na traumatische verwondingen is er bij ernstig gewonde patiënten vaak sprake van een veranderde metabole toestand: de vitale weefsels vragen om energie. Dit kan leiden tot verslechtering van de voedingstoestand, wat weer een negatieve invloed heeft op de stress- en metabolische respons na een trauma.

50 Procent ontwikkelt ondervoeding

Via een observationele studie wilden de onderzoekers de prevalentie en incidentie is van ondervoeding bij ernstig gewonde patiënten achterhalen. Hiervoor beoordeelden ze de gegevens van 100 patiënten (ouder dan 18 jaar) van 5 traumacentra in Nederland en Amerika. De deelnemende patiënten waren met ernstige verwondingen opgenomen op de ICU voor minimaal 48 uur. Bij opname was 12 procent van de deze patiënten al ondervoed. Van de patiënten met een goede voedingstoestand bij opname, ontwikkelde 50 procent gedurende de ICU-opname ondervoeding. En nog eens 20 procent ontwikkelde ondervoeding gedurende de ziekenhuisopname nadat ze van de ICU overgegaan waren naar een klinische afdeling. De onderzoekers zagen dat patiënten die ondervoed waren of werden meer risico op het ontwikkelen van complicaties. De resultaten zijn onlangs gepubliceerd in de European Journal of Trauma and Emergency Surgery.

Discussie

Bij 89 procent van de patiënten werd volgens ESPEN-richtlijnen (par)enterale voeding gestart binnen 48 uur. Redenen om niet binnen 48 uur met (par)enterale voeding te starten waren: septische shock (n = 1), maagretentie (n = 2) of nuchterbeleid (n = 5). Bij deze 8 patiënten werd (par)enterale voeding gestart tussen 48 en 96 uur na opname. Van alle patiënten kreeg 19 procent binnen 48 uur volledige (par)enterale voeding en 14 procent voldeed niet binnen 7 dagen aan de energiebehoefte. Deze getallen konden echter niet statistisch significant gerelateerd worden aan patiënten die ondervoed waren of ondervoeding ontwikkelden en de patiënten die goed gevoed bleven.

Hypermetabole toestand

De onderzoekers veronderstellen dat de hypermetabole katabole toestand na een ernstig trauma niet voldoende kan worden gecompenseerd. Dit kan leiden tot verslechtering van de voedingstoestand, zelfs met adequate voedingstherapie. Bovendien melden ze dat de onvermijdelijke vastenperiode vóór de operatie en de daaruit voortvloeiende acute faserespons na de operatie polytraumapatiënten uitzonderlijk vatbaar maken voor ondervoeding.

Herkenning noodzakelijk

Het tijdig herkennen van een niet optimale voedingstoestand en het beoordelen van de voedingsbehoefte kan waardevol zijn voor het optimaliseren van de klinische uitkomsten bij traumapatiënten. Volgens de onderzoekers is vervolgonderzoek nodig om aan te tonen of voedingsinterventies ervoor zorgen dat ondervoeding en de daarmee samenhangende complicaties voorkomen kunnen worden.

Bron: European Journal of Trauma and Emergency Surgery

Gepubliceerd op 17 februari 2025

Door Mary Stottelaar

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.