Geen sterk bewijs voor link tussen depressie en voeding

Er is maar zwak bewijs dat de juiste voeding depressies kan voorkomen of verhelpen. In literatuurreviews over het onderwerp trekken auteurs vaak veel sterkere conclusies dan op basis van de stand van de wetenschap gerechtvaardigd is. Dat blijkt uit onderzoek van de Universiteit Leiden, gepubliceerd in PLOS ONE.

Te sterke conclusies

De link tussen voeding en depressies komt de laatste jaren steeds vaker in het nieuws. Maar het veld is volgens de onderzoekers nog jong. Veel van de wetenschappelijke artikelen waarin geconcludeerd wordt dat er een verband tussen voeding en depressies is, zijn reviews. Florian Thomas-Odenthal, masterstudent psychologie aan de Universiteit Leiden nam voor zijn thesisonderzoek in totaal 50 van deze reviews onder de loep, samen met onder meer zijn begeleider bij het Leidse Instituut Psychologie. Uit het onderzoek blijkt dat een derde van de literatuurreviews tot een sterke conclusie kwam over het verband tussen voeding en depressies, terwijl niet één van de meta-analyses een dergelijk sterk verband vond.

Van review tot meta-analyse

Volgens Thomas-Oldenthal is zogenoemde confirmation bias een belangrijke oorzaak van de te sterke conclusies in literatuurreviews. Bij een review selecteert de auteur zelf de onderzoeken en artikelen die worden meegenomen. ‘Onbedoeld kan een auteur teveel gewicht geven aan zijn eigen onderzoek, of onderzoek dat zijn vermoeden ondersteunt. Bij een systematische review en meta-analyse is dat probleem veel minder aan de orde. ‘Voor het maken van een systematische review bestaat een vast protocol voor bronselectie, analyse en conclusie. Een meta-analyse is nog strenger geprotocolleerd en is een statistische samenvatting van al het bestaande onderzoek.’

Eigen meta-analyse

Thomas-Oldenthal heeft nog een eigen meta-analyse gedaan: ‘Als je al het experimentele bewijs bij elkaar neemt, is er geen sterke link te vinden tussen je dieet en het voorkomen van depressie. Ook is het niet bewezen dat een dieet kan helpen bij de behandeling ervan.’ Kortom: de literatuurreviews zijn vaak te stellig over hun bevindingen.

Bron: Universiteit Leiden