De Eetprikkel: wat zorgt dat we wel (of niet) gaan eten?

Voeding Nederland organiseerde op 19 maart het congres  “De Eetprikkel” in de Jaarbeurs in Utrecht. Het was een congres met een hoog gehalte aan hersenscans in beeld, want de centrale vraag was: wat is de prikkel waarbij we besluiten om te gaan eten?

Werkt mindfulness bij overgewicht?

Dr. Esther Aarts, hoofdonderzoeker voeding & cognitie aan de Radboud Universiteit, verzorgde een plenaire lezing met een duidelijke uitleg over de processen in de hersenen. In het midden van de hersenen, subcorticaal, zijn de centra voor beloning en gewoonte. In de prefrontale cortex (PFC), een hersengebied dat bij de mens goed is ontwikkeld, vindt de controle plaats over ons eetgedrag. Volgens Aarts reageren mensen met overgewicht sterker op voedingsprikkels dan mensen zonder overgewicht. Aarts deed in het Radboud UMC onderzoek naar de effecten van een 6-weekse cursus mindfulness op overgewicht, vergeleken met een 6-weekse kookcursus plus voedingsvoorlichting door een diëtist. Mindfulness blijkt het beloningsgevoel door eten te kunnen verlagen, maar had geen effect op gewicht of middelomtrek. De tweede interventie had meer effect op het gewicht en de middelomtrek. Bij follow-up na een jaar was in beide groepen geen effect meer meetbaar.

Cognitieve gedragstherapie werkt

Volgens dr. Anne Roefs, Universitair hoofddocent/onderzoeker aan de Faculteit Psychologie & Neurowetenschappen, Universiteit Maastricht is er veel aan te merken op de resultaten die komen uit MRI-onderzoek. Mensen krijgen bijvoorbeeld plaatjes van voedingsmiddelen te zien, en men trekt dan conclusies aan de hand van hun reactie in de hersenen. Maar, zo zegt Roefs: ‘In dergelijk onderzoek wordt de mindset vergeten. Wat zijn de gedachten van het proefpersoon? Door ze een taak te geven – bijvoorbeeld: kies de 3 lekkerste producten – kun je de gedachten meer sturen en komen er betere resultaten. Gedachten sturen is ook de basis van Cognitieve Gedragstherapie (CGT) en daar heeft Roefs onderzoek naar gedaan. Met behulp van een app, ThinkSlim, kregen mensen op veel verschillende (eet)momenten de vraag hoe ze zich voelden en of ze honger of trek hadden. Door het slim verwerken van de gegevens kon de app op een gegeven moment waarschuwen als er een eetbui aan kwam, zodat men zich kon wapenen. De app werkt voor mensen met overgewicht: emotioneel eten en extern eten nam significant af. Maar uiteindelijk trad er wel een ”app-vermoeidheid” op, mensen hadden geen zin meer om steeds gegevens in te voeren. Roefs gaat nu onderzoek doen naar smart sampling (alleen vragen op de momenten die er toe doen) en naar gegevens die passief kunnen worden verzameld, zoals locatie, activiteiten en stressniveau.

Biologie van de tijd

Dr. Judith Haffmans is klinisch farmacoloog en chronobioloog bij PsyQ in Den Haag. Haar lezing ging over desynchronisatie, een verstoring van het dag/nachtritme. Dat heeft niet alleen gevolgen voor de nachtrust, maar leidt ook altijd tot problemen overdag. Zo raakt niet alleen de eetlust verstoord, maar ook de aanmaak van stresshormonen en insuline. Het natuurlijke slaapritme kent cycli van 1,5 uur en volgens Haffmans lopen die cycli ook overdag door. Dat verklaart dat we regelmatig even een dip hebben en dat we eigenlijk elke 1,5 uur even rust moeten nemen. Blauw licht (zoals van televisie, tablet en smartphone) onderdrukt het slaapwaakritme en is daardoor een van de oorzaken van desynchronisatie. Ook de voeding is belangrijk: koolhydraten maken slaperig en eiwitten juist alert. ‘Meer aandacht voor het dag/nachtritme is cruciaal voor mensen met overgewicht’, aldus Haffmans.

Go/No Go

Veel onderzoekers richten zich op de ontwikkeling van slimme apps die mensen kunnen helpen om hun gedrag te reguleren. Prof. dr. Rob Holland, psycholoog aan de Radboud Universiteit, vertelde over een online training (Food Trainer, een Engelstalige app), waarmee je voorkeuren voor ongezonde producten kunt afzwakken en voor gezonde producten juist kunt stimuleren. Het principe is eenvoudig: producten komen in beeld en je klikt op een “Go” of een “No Go” signaalknop?. Bij voldoende herhalingen wordt dit ingeprent in de hersenen. Volgens Holland zijn er zeer robuuste effecten van deze training mogelijk, voor ongeveer 6 à 10 voedingsmiddelen per persoon. Nader onderzoek, en implementatie in Nederland, volgt.

Meer informatie: Voeding Nederland

Gepubliceerd op 22 maart 2018

Door Nieuws voor diëtisten

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.