‘Een onderzoek over chocolade in het nieuws? Zet dan je “kul-detector” aan’

Hans van Maanen is wetenschapsjournalist en hoofdredacteur van Skepter, een populair-wetenschappelijk tijdschrift waarin buitengewone claims en omstreden theorieën kritisch onder de loep worden genomen.

Waarom werd je hoofdredacteur van Skepter?

‘Mijn hele loopbaan kijk ik al kritisch naar wetenschappelijk nieuws. In de Volkskrant heb ik bijvoorbeeld 10 jaar lang de rubriek “Twijfel” geschreven, waarbij ik wetenschappelijke onderzoeken onder de loep nam. Ruim 30 jaar geleden was ik al betrokken bij de oprichting van Skepter en al die tijd ben ik abonnee geweest. Ik vind het werk van Skepter belangrijk.’

Gebeurt het nog steeds dat wetenschap op een verkeerde manier in het nieuws komt?

‘Ja. Journalisten zijn zo hardleers! Het gebeurt nog heel vaak dat ze wetenschappelijk nieuws verkeerd interpreteren. Dat gebeurt óók bij kwaliteitskranten als het NRC en de Volkskrant of het NOS journaal. Mooi recent voorbeeld vind ik het nieuws dat vlees en bewerkte vleeswaren de kans op darmkanker verhogen. Daar ging NRC-Next bijvoorbeeld echt de fout in, door in de kop de link te leggen tussen worst, asbest en sigaretten. Meestal komt het omdat journalisten te klakkeloos afgaan op persberichten en omdat ze de epidemiologie en statistiek niet goed in de vingers hebben. Dat is ook moeilijk, zelf checkte ik mijn stukken ook altijd bij een statisticus of wetenschapper. Een second opinion vragen is het minste dat je als wetenschapsjournalist moet doen.

Als diëtist moet je verkeerd nieuws weer zien recht te breien in je spreekkamer, maar dat is lastig. Je hebt niet zo’n natuurlijk overwicht als de krant of het journaal.’

Wordt er over voeding veel onzin beweerd?

‘Dat denk ik niet, niet meer dan in andere takken van wetenschap. Maar voeding is wel een onderwerp dat snel het nieuws haalt omdat iedereen er dagelijks mee te maken heeft. De voedingsindustrie en de voedingswetenschap zijn erbij gebaat dat hun onderzoek het nieuws haalt en ze zullen het daarom altijd mooi willen verkopen. De journalisten weten dat voedingsnieuws goed scoort en lezers trekt. Zo doen ze een rondedans om het voedingsnieuws en houdt men elkaar in de wurggreep. ’

Hoe kun je als diëtist snel zelf checken of het nieuws wel klopt?

‘Kijk allereerst naar het onderwerp. Bij zeer populaire onderwerpen, zoals chocolade, vitamines, alcohol of vlees kun je gerust je “kul-detector” aanzetten. Al het geld dat naar chocolade-onderzoek gaat! Dat zou een stuk beter besteed zijn aan malaria-onderzoek.

Ten tweede kijk je of het onderzoek is uitgevoerd in een reageerbuis, bij proefdieren of bij proefpersonen. Vanzelfsprekend heeft alleen de laatste groep echt zeggingskracht voor je praktijk. Maar kijk ook naar de onderzoeksgroep: zijn die relevant voor jou of voor de mensen in je praktijk? Aan onderzoek onder gezonde vepleegkundigen heb je niet zoveel als jij ouderen met diabetes behandelt.

De derde stap is lastiger: zoek de bron van het artikel. Waar is het onderzoek gepubliceerd en wie heeft het onderzoek betaald? Als een onderzoek is betaald door de voedingsindustrie betekent het echt niet meteen dat het slecht is, maar je moet dan wel op je hoede zijn voor te positieve conclusies.

Ten vierde kijk je naar de omvang van de studie. Te klein is niet goed, dan kan het effect gewoon een statistische toevalstreffer zijn. Te groot is echter ook niet goed. In een grote langlopende epidemiologische studie zoals de Nurses Health Studies meet je hooguit wat ruis. Het is gevaarlijk om daar verregaande conclusies aan te verbinden. De beste bewijskracht hebben grootschalige RCT’s, maar die zijn amper te doen op voedingsgebied.’

Laat je jezelf beïnvloeden door voedingsnieuws?

‘Ik noem mezelf wel eens pathologisch laconiek. Ik ben een echte journalist, kijk vanuit de zijlijn en doe niet mee. Als ik even heel radicaal mag zijn: je kunt wetenschappelijk voedingsnieuws, zeker als het gaat om individuele voedingsmiddelen, het beste gewoon negeren. Neem dat vleesonderzoek: het scheelt, als 1000 middelbare vrouwen hun vleesconsumptie halveren, precies 1 geval van darmkanker — na 25 jaar hebben niet 15 maar 14 vrouwen darmkanker. Dus 99,9 procent heeft voor niets haar eetpatroon flink gewijzigd. Voedingsonderzoek is wél belangrijk voor de volksgezondheid en voor gezondheidsbeleid. Maar niet voor de persoon in je spreekkamer: die is gebaat bij algemene adviezen om zijn voeding te verbeteren. Er zijn maar weinig ongezonde voedingsmiddelen. Het gaat, zoals veel voedingswetenschappers zeggen, om het geheel en om de porties die je eet.’

Gepubliceerd op 28 januari 2016

Door Karine Hoenderdos

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.